Master of Science in de bio-ingenieurswetenschappen: land- en waterbeheer
De opleiding Master of Science in de bio-ingenieurswetenschappen in het land- en waterbeheer beoogt de vorming van ingenieurs die een bijdrage kunnen leveren tot rationeel, toekomstgericht, en duurzaam beheer van natuurlijke en kunstmatige ecosystemen overal ter wereld.
Inhoud
Overal ter wereld staan ecosystemen onder druk om onder een wijzigend klimaat te voorzien in voedsel, water en energie en om de levenskwaliteit van een steeds toenemende bevolking in stand te houden. Zo zijn ook ecosystemen in Vlaanderen erg kwetsbaar voor zowel wateroverlast als langdurige droogte. De bodem speelt een cruciale rol in het beschermen van de mens en zijn omgeving tegen dergelijke fenomenen: de bodem zorgt voor natuurlijke opslag en filtratie van hemel- en grondwater, vormt een habitat voor planten en dieren en is een sleutelcomponent in de emissie –en opslag– van broeikasgassen. Verstedelijking, vervuiling, intensieve bodembewerkingen en ontbossing vormen echter een steeds grotere bedreiging voor een gezonde bodem- en waterhuishouding en tasten daardoor het functioneren van mondiale ecosystemen aan. Rationeel en duurzaam gebruik van bodem en water, en hun bescherming, vormt dan ook een steeds belangrijkere uitdaging wereldwijd. De nood aan een verbeterd beheer van deze natuurlijke hulpbronnen wordt ook unaniem erkend in de sustainable development goals van de Verenigde Naties. Een toenemende vraag naar experten ter zake is een logisch gevolg.
Wil jij het complexe gedrag van de cruciale componenten bodem en water en hun wisselwerking, zowel onderling als met de andere ecosysteemcomponenten, begrijpen en leren sturen? Wil jij zo helpen streven naar duurzame, klimaatslimme oplossingen om het beheer van land en water, om het even waar ter wereld, te verbeteren? Dan is de Master of Science in de bio-ingenieurswetenschappen in het land- en waterbeheer iets voor jou!
Voor wie
De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.
Structuur
De opleiding Master of Science in de bio-ingenieurswetenschappen in het land- en waterbeheer beoogt de vorming van ingenieurs die een bijdrage kunnen leveren tot rationeel, toekomstgericht, en duurzaam beheer van natuurlijke en kunstmatige ecosystemen overal ter wereld. Dit vereist een grondige kennis van en inzicht in de fysische, chemische en biologische processen in zowel bodems als oppervlakte- en grondwater.
Je leert hoe die processen kunnen worden gekarteerd, gemonitord en bijgestuurd. Je leert ook hoe de gevolgen van eventuele ingrepen kunnen worden ingeschat voor het functioneren van ecosystemen in hun geheel. Die kennis en vaardigheden worden voornamelijk aangebracht via een pakket van plichtvakken.
Concreet leer je bijvoorbeeld:
- hoe je de stroming van water in de bodem of aan het oppervlak, en eventueel hierin aanwezige verontreinigende stoffen, kan begrijpen, in kaart brengen, modelleren, en voorspellen;
- hoe je nutriënten zoals stikstof en fosfor in het systeem kan meten, opvolgen, en bijsturen; gegevens kan verzamelen met doordachte staalname, mobiele sensoren, en geavanceerde labo-experimenten;
- hoe je de verzamelde data, rekening houdend met de ruimtelijke variabiliteit en bijhorende onzekerheid, kan verwerken in modelleer- en voorspellingsstudies van het bodem-watersysteem;
- hoe je deze kennis kan integreren om werkelijke ingrepen voor te stellen, met aandacht voor zowel milieu- als economische aspecten.
In een gelijkwaardig pakket van keuzevakken kan je je verder verdiepen in bepaalde aspecten van het land- en waterbeheer, zoals bijvoorbeeld in ingenieurstechnieken die gebruikt worden binnen het waterbeheer, of in het voorspellen en beperken van bodemverliezen als gevolg van watererosie.
Daarnaast kan je je kennis over bodem- en waterbeheer toepassen bij ruimtelijke planning, of in specifieke ecosystemen (vb. precisielandbouw). Ook vakken die focussen op natuurlijke of industriële technieken voor het saneren van verontreinigingen kan je opnemen in je studiepakket. Wie gebeten is door het modelleren van deze complexe systemen, kan zich verder specialiseren in data-analyse en gevorderde computationele technieken.
Al jouw kennis kan je finaal gebruiken in het sluitstuk van de opleiding – de masterproef - waarin je zelf onderzoek kan doen naar een actueel probleem binnen het land- en waterbeheer.
De faculteit Bio-ingenieurswetenschappen is zeer internationaal gericht. Je komt hoe dan ook in contact met studenten en culturen uit de hele wereld. Bovendien kun je op diverse manieren een buitenlandse ervaring opdoen. Zo kun je tijdens de masteropleiding deelnemen aan een uitwisselingsprogramma. Een stage in het buitenland behoort tevens tot de mogelijkheden. Daarnaast kun je ook in het kader van je masterproef voor een periode naar het buitenland. Voor de opleidingsspecifieke informatie kun je terecht op www.ugent.be/bw/nl/voor-studenten/buitenland.
Arbeidsmarkt
Als afgestudeerde specialist in het land- en waterbeheer ben je een kritische deskundige van bodem en water in diverse ecosystemen. Je hebt een unieke ingenieursopleiding gevolgd waarin bodem en water als twee gelijkwaardige en interagerende componenten werden bestudeerd. De combinatie van deze gespecialiseerde kennis met een breed scala aan ingenieurstechnieken staat garant voor interessante toekomstperspectieven. Je hebt relevante kennis en state-of-the-art expertise om geavanceerde technieken in te zetten bij concrete problemen, en je hebt voeling met de maatschappelijke uitdagingen in land- en waterbeheer binnen de context van global change.
Deze opleiding geeft je direct toegang tot een breed aanbod aan tewerkstellingsmogelijkheden binnen onderzoeksinstellingen (bv. universiteiten), overheidsinstellingen (bv. beheerinstanties zoals de Vlaamse Milieu Maatschappij), ontwerp- en studiebureaus (zowel met betrekking tot waterbeheer als bodembeheer en -sanering), industriële bedrijven (o.a. baggerbedrijven), en dit zowel in binnen- als buitenland. Deze functies zijn typisch gericht op het beheer van de open ruimte en landinrichting, of op het beheer van bodem en water.
Op de website www.bioingenieursaanhetwerk.be zijn zeer verschillende profielen van alumni te vinden.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote doelstellingen.
- Denk Breed. Zo breed mogelijk denken en daarbij ruimte geven om zichzelf en de eigen visies in vraag te stellen. Durf Denken maar ook durven veranderen van denkwijze.
- Blijf Onderzoeken. Onderzoek is het fundament van ons onderwijs. Elke dag opnieuw hangt de Universiteit Gent haar manier van onderwijzen vast aan de dynamiek van de wetenschap.
- Steun Talent. Iedereen start met gelijke kansen. Alle studenten krijgen de gelegenheid hun talenten te ontwikkelen, onafhankelijk van gender, culturele of sociale achtergrond.
- Bouw Mee. Studenten, personeel, de overheid en de bedrijfswereld krijgen de kans om mee te bouwen aan de inhoud en de vorm van ons kwalitatief hoogstaand onderwijs. De Universiteit Gent staat bekend om haar bijzonder actieve studenten in studentenparticipatie en daar zijn we trots op.
- Verleg Grenzen. We willen onze studenten internationale en interculturele bagage meegeven. We geven ze de kans om over de grenzen heen ervaring op te doen. We zetten ook onze deuren open voor studenten uit de gehele wereld en verwelkomen buitenlandse docenten en wetenschappelijk personeel.
- Kies Kwaliteit. Constante kwaliteitszorg en -verbetering zit in onze cultuur gebakken en daar communiceren we in alle openheid over naar iedereen. We zijn trots op het niveau van onze universiteit.
De UGent ziet de onderwijskwaliteitszorg als een intern zelfevaluatieproces, waarbij faculteiten en opleidingen de doelen die ze zichzelf hebben gesteld, aftoetsen aan de behaalde resultaten en op basis hiervan het beleid bijsturen. De portfolio’s vormen een belangrijke schakel in dit proces. De behaalde resultaten zijn gebaseerd op kwantitatieve en kwalitatieve informatie van betrokken stakeholders (studenten, lesgevers, werkveld, internationale experten, alumni, …). De ‘peerleerbezoeken’, het jaarlijkse kwaliteitsoverleg en het Onderwijskwaliteitsbureau (OKB) zorgen ervoor dat de PDCA-cyclus op verschillende beleidsniveaus gesloten wordt en helpen om het verbeterbeleid scherp te houden.
Een uitgebreide beschrijving van hoe de Universiteit Gent continu aandacht houdt voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur is te vinden in de Eigen Regie in Gents Onderwijsbeleid en Kwaliteitszorg (ERGO)
Kwaliteit van deze opleiding
Dit kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven, de sterke punten en de werkpunten. Een samenvatting voor deze opleiding is te vinden hieronder:
Troeven
- Unieke en maatschappelijk relevante opleiding: We leiden onze studenten op tot kritische deskundigen in het beheer van bodem en water in natuurlijke en door de mens beïnvloede ecosystemen. Een (ingenieurs)opleiding waarin bodem én water als twee gelijkwaardige en interagerende componenten worden bestudeerd, is uniek in Vlaanderen. We besteden veel aandacht aan methodologische expertise en het integreren van nieuwe inzichten en technologische ontwikkelingen, maar evengoed aan de brede maatschappelijke uitdagingen en, daarmee samenhangend, werkbare oplossingen voor problemen van land- en waterbeheer zoals onder andere gesteld door global change.
- Kenniscreatie: Het gedrag en beheer van bodem en water wordt beïnvloed door een veelheid aan processen, waardoor het vinden van oplossingen voor maatschappelijke problemen vaak complexe studies vergt. Daarom hecht de opleiding veel belang aan het beheersen van ruimtelijke en temporele variabiliteit binnen ecosystemen onder meer via het inzetten van gepaste wiskundige modellen, en aan de invloed van onzekerheden (in gegevens en modellen) op de resultaten. Onze studenten ontwikkelen dan ook bij uitstek een kritische zin, en leren op een creatieve maar wetenschappelijk verantwoorde manier om te gaan met beschikbare data.
- Integratie theorie en veelzijdige praktijkervaring: Het opleidingsprogramma bestaat uit een belangrijk aantal uren praktijksessies waarin de aangereikte theoretische kennis wordt toegepast. Hierbij is er aandacht voor alle fasen van dataverzameling die het beslissingsproces van een ingenieur in land- en waterbeheer beïnvloeden: gaande van veldbezoeken, veldmetingen, karteringen, fysicochemische analyses in onze goed uitgebouwde laboruimtes, tot het verwerken van de data in scenario-analyses met behulp van computermodellen. Deze unieke training in een diversiteit aan vaardigheden maakt studenten vertrouwd met alle aspecten van de dataverzameling en -analyse, waarbij probleemoplossend denken centraal staat.
- Talentontwikkeling in eigen handen: De student bio-ingenieur in land- en waterbeheer heeft een heel grote keuzevrijheid in het samenstellen van zijn/haar studieprogramma via een ruim pakket aan keuzevakken. Zo kan men zichzelf, naargelang de eigen interesses, verder verdiepen in het land- en waterbeheer, of kennis en expertise verbreden naar verwante sectoren die nood hebben aan bodem- en waterexperten, zoals landbouw, natuurbeheer en milieubeheer.
- Ruime tewerkstellingsmogelijkheden: Het werkveld van de bio-ingenieur land- en waterbeheer is heel breed. Bio-ingenieurs in land- en waterbeheer vervullen technisch-uitvoerende functies, hebben een coördinerende rol, of zorgen voor beheers- en beleidsontwikkeling. Ze vervullen functies in zowel overheids- als privé-instellingen zoals studie- en ingenieursbureaus. Ze zijn actief in sectoren omtrent de inrichting van de open ruimte, en de bescherming en sanering van bodem en water. De nood aan dergelijke experten binnen het werkveld is heel concreet en bovendien ook toekomstgericht.
Sterke punten
- Gemotiveerd en betrokken lesgeversteam: De opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers uit verschillende disciplines binnen het ruime vakgebied. Onze lesgevers combineren hun onderzoeksexpertise en betrokkenheid in het werkveld met een gedrevenheid om de kwaliteit van de aangeboden lessen continu te verbeteren en up-to-date te houden.
- Aanspreekbaarheid: Open communicatie tussen lesgevers en studenten wordt gestimuleerd om de afstand student-lesgever te verkleinen.
- Sterk gewaardeerde didactische aanpak: Onze studenten waarderen sterk de didactische aanpak, met veel aandacht voor ontwikkeling van vaardigheden en van kritische zin. Er is een grote veelzijdigheid aan werkvormen. Tijdens hoorcolleges is er aandacht voor interactie met de studenten. Daarnaast passen studenten de leerstof actief toe en ontwikkelen ze praktische vaardigheden tijdens werkcolleges, practica, veldwerk, excursies, groepswerk en microteaching. Vaardigheden van werken in teamverband en communicatie worden aangescherpt.
- Faire toetsing waarop studenten goed worden voorbereid: Onze studenten waarderen dat ze goed geïnformeerd zijn over de vorm en de inhoud van de evaluaties zodat ze tijdens het studeren een duidelijk beeld hebben van hoe de aangeleerde kennis en vaardigheden zullen getoetst worden. Deze communicatie gebeurt mondeling tijdens de lessen, maar ook via het ter beschikking stellen van richtlijnen via bv. Minerva. Het goede evenwicht tussen periodegebonden en permanente evaluaties (verslagen bij labo‐ en veldwerk, computeroefeningen en excursies) laat niet alleen toe om kennis en inzicht in de materie te toetsen, maar ook om de correcte toepassing ervan en bijhorende kritische reflectie bij het verwerken van resultaten van labo‐ en veldwerk of het oplossen van vraagstukken en cases te beoordelen. In een aantal vakken presenteren en verdedigen de studenten hun verslagen mondeling in groep voor de betrokken lesgever(s) en aan hun peers. Dit is een ideaal moment voor het geven van directe feedback.
- Breed aanbod aan goed ondersteunde onderzoekstopics voor masterproef: De opleiding biedt ieder jaar een brede waaier aan masterproefonderwerpen aan, dankzij de betrokkenheid van het lesgeversteam in nationale en internationale projecten, in ontwikkelingssamenwerking, en via directe connecties in onderzoeks- en adviesinstellingen of het bedrijfsleven. Het onderzoek voor de masterproef kadert dan ook vaak in lopende projecten of doctoraten wat garantie biedt voor een uitstekende inhoudelijke begeleiding en logistieke ondersteuning.
Werkpunten
- Profilering: Bodem en water bekleden een cruciale positie in duurzaam landbouw-, milieu-, en natuurbeheer, maar zijn als ecosysteemcomponenten minder tastbaar dan bv. vegetatie. Ondanks de gegarandeerde zeer ruime keuze aan interessante en relevante tewerkstellingsmogelijkheden blijken studenten daarom vaak moeilijk zicht te krijgen op hun professionele carrièremogelijkheden. De werkelijkheid is dan ook dat we niet voldoende bio-ingenieurs land- en waterbeheer kunnen afleveren om aan de talrijke vragen vanuit het werkveld te voldoen. Om die redenen wil onze opleiding blijvend inzetten op een betere profilering. We willen dit bereiken door meer aandacht te besteden aan het beter karakteriseren en expliciteren van de doelstellingen van onze opleiding, en door blijvend in te zetten op het verspreiden van heldere informatie, ondersteund door onze eigen masterstudenten als praktijkdeskundigen.
- Voorbereiding op loopbaan en ondernemen: Om onze studenten nog beter voor te bereiden op verschillende aspecten van hun latere loopbaan, zal de opleiding extra aandacht geven aan projectmatige opdrachten binnen de practica, voorziet ze het inrichten van geïntegreerde practica waarin kennis uit verschillende opleidingsonderdelen dient gecombineerd te worden, en zal ze bij het organiseren van gastlezingen voor onze studenten ook ondernemers in het vakgebied aan bod laten komen. In een komende programmahervorming zal het vak Ondernemerschap worden toegevoegd als keuzevak.
- Feedback: Met het oog op een verdere verbetering van onze studentenbegeleiding, werkt de opleiding steevast naar meer – en meer kwalitatieve – feedbackmomenten. Hierbij wordt ook gestreefd naar meer aandacht voor communicatievaardigheden. Ook bij de masterproef wordt ingezet op tussentijdse feedback over de geleverde prestaties (inhoudelijk, communicatief, attitude) en progressie.