Master of Science in de industriële wetenschappen: elektromechanica
De master in de industriële wetenschappen: elektromechanica (Campus Kortrijk) wordt voor het laatst aangeboden in 2020-21 en wordt vervangen door de nieuwe Master in de industriële wetenschappen: machine- en productieautomatisering.
Inhoud
Na je academische bachelor in de industriële wetenschappen: elektromechanica (of bachelor industriële wetenschappen, machine- en productieautomatisering) kun je rechtstreeks naar de aansluitende master in de industriële wetenschappen: elektromechanica. Je specialiseert verder in hetzelfde technologische domein en maakt een masterproef als bekroning. Daarmee behaal je het masterdiploma en de titel van industrieel ingenieur. De opleiding focust op het ontwerp, het onderhoud en de optimalisatie van machines in diverse toepassingen: productiemachines, robotica, CNC-machines, landbouwmachines … De hedendaagse machinebouw eist een voortdurend opdrijven van de productiviteit en meer nauwkeurigheid. Om aan deze eisen te beantwoorden, moeten machines steeds sneller en preciezer werken. Een mechatronische aanpak tijdens de ontwerpfase is dan ook essentieel. Alleen op die manier ben je in staat om de geschikte mechanische componenten te selecteren, een elektronisch gestuurde aandrijving te implementeren en een regelaar correct in te stellen.
Gespecialiseerde technologie als 3D CAD, CAE, CNC-technologie en Motion Control bestudeer je zowel in theorie als in de praktijk.
In je masterproef – binnen een bedrijf of binnen de onderzoekslijn van je opleiding – breid je je technische kennis verder uit. Naast de labosessies staan er elk academiejaar ook verschillende bedrijfsbezoeken en vakbeurzen op de agenda.
Expertisecentrum Industriële Automatisering
Het expertisecentrum inzake automatisering, motion control en mechatronische systemen vormt de state-of-the-art omgeving waar studenten en industriële partners elkaar ontmoeten in het kader van lessen, onderzoeken met testopstellingen, stages of masterproeven.
Aandachtspunten
Deze opleiding wordt voor het laatst aangeboden in 2020-21 en wordt vervangen door de nieuwe Master in de industriële wetenschappen: machine- en productieautomatisering.
Voor wie
De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.
Arbeidsmarkt
Het beroepenveld van een industrieel ingenieur in elektromechanica of elektrotechniek-automatisering is zeer breed.
Je komt in de meest diverse sectoren en functies terecht: in engineering- en ontwerpbureaus, industriële installaties, verlichting, verwarming, conditionering van gebouwen, productieen distributiesector, elektrische energie, R&D, houtnijverheid, machinebouw, kunststofindustrie, metaalindustrie, verzorgende sector of het onderwijs.
Je kunt aan de slag als ontwerpingenieur, productie- en onderhoudsingenieur, technisch verantwoordelijke dienstensector (ziekenhuizen, openbare diensten, transport ...), projectmanager, service-ingenieur, technisch-commercieel afgevaardigde, docent ...Of misschien start je je eigen bedrijf op ...
Op ikbenindustrieelingenieur.be vind je interessante getuigenissen.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
-
Multiperspectivisme: De opleiding leidt studenten op tot ingenieurs met zowel technische als wetenschappelijke kennis, zowel theoretische als praktische vaardigheden en attitudes, met een brede polyvalente basis (1ste en 2de bachelor) en een duidelijke specialisatie (3de bachelor en master).
- Profilering: De opleiding richt zich in het 3de bachelorjaar en masterjaar op specifieke speerpunten, die onderbouwd zijn door onderzoek op de campussen en door jarenlange samenwerking met de industrie.
- Talentontwikkeling: De opleiding versterkt de kennis van de studenten in specifieke technisch-wetenschappelijke materie, en bouwt tegelijkertijd ook aan de broodnodige generieke vaardigheden voor de toekomstige ingenieur, zoals communicatie en projectmanagement. Daarnaast komen ook economische, duurzaamheids- en veiligheidsaspecten aan bod bij projecten.
- Integratie theorie en praktijk: Het opleidingsprogramma bestaat uit een groot aantal uren werkcolleges en practica waarin de theoretische kennis uit de hoorcolleges wordt ingeoefend.
Sterke punten
- Programma: De opleiding heeft recent een grondige programmahervorming doorgevoerd waarbij duidelijke leerlijnen zijn gedefinieerd die stap voor stap opgebouwd worden;
- Gemotiveerd lesgeversteam: De opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers, die zeer aanspreekbaar zijn.
- Verwevenheid onderwijs, onderzoek en industrie: De opleiding beschikt op campus Ardoyen over een aantal state-of-the-art laboratoria waar industriële partners, lesgevers en studenten nauw samenwerken, zodat kennis en expertise optimaal uitgewisseld worden.
- Aanbod keuzevakken: De opleiding voorziet een groot aanbod aan keuzevakken, zodat de student zich in zijn/haar eigen interessegebied kan specialiseren.
- Betrokkenheid stakeholders: Het werkveld wordt betrokken via de industriële adviesgroep; de individuele lesgevers onderhouden nauwe contacten met de bedrijfswereld. De opleidingscommissie zorgt voor een open communicatie met haar lesgevers en studentenvertegenwoordigers. Via de studentenvertegenwoordigers houdt de opleiding voeling met wat leeft in de studentengroep en kan ze bijsturingen doen waar nodig.
Werkpunten
- Kwaliteitscultuur: De borging en het uitdragen van de kwaliteitszorg dient gedragen te worden door de volledige opleiding en is geïntegreerd in de werking van de opleidingscommissie. De kwaliteitscyclus die door de UGent werd opgesteld, inclusief de opleidingsfeedback als graadmeter, gelden hierbij als leidraad en leiden ook tot de concretisering van actiepunten in een jaarlijks verbeterplan;
- Internationalisering: Zowel docenten- als studentenmobiliteit worden nog niet optimaal aangewend. De mogelijkheden voor een internationaal semester zijn op dit ogenblik eerder beperkt. Er wordt naar gestreefd om verschillende mogelijkheden tot internationalisering@home in het curriculum te integreren;
- Studentenparticipatie: De opleiding biedt voldoende mogelijkheden aan de studenten om bekommernissen te uiten en de kwaliteit van de opleiding voortdurend te optimaliseren. Het is daarnaast ook belangrijk dat de opleidingsverantwoordelijken samen met haar studentenvertegenwoordigers de gehele studentengroep op de hoogte houdt van belangrijke beslissingen met betrekking tot de opleiding en haar kwaliteitsborging;
- Internationale inhoudelijke toetsing: De opleiding wil haar externe blik verruimen door in overleg te gaan met vergelijkbare (internationale) opleidingen. Het betrekken van een bredere groep externen uit binnen- en buitenland bij het vormgeven en organiseren van het opleidingsprogramma kan de opleiding enkel ten goede komen. De opleiding steunt daarbij op de talrijke internationale contacten van de lesgevers;
- Toetsing: Heldere informatie over de vorm en de inhoud van de evaluaties is van groot belang zodat studenten tijdens het studeren duidelijk weten wat van hen verwacht wordt. Daarnaast dient er eveneens voldoende feedback aangereikt te worden bij zowel de tussentijdse als de eindevaluaties.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2022. De kwaliteit van deze opleiding werd gevalideerd door een kwaliteitstoets in de vorm van een screening door het Onderwijskwaliteitsbureau. Het borgingsbesluit vindt u hier.
Deze informatie werd het laatst bijgewerkt op 14/02/2023.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.