Bachelor of Science in de geneeskunde
Artsen zijn geboeid door het wondere functioneren van het menselijk lichaam. In de opleiding geneeskunde worden niet enkel medische en technische vaardigheden bijgebracht. Als arts moet je ook over een hoge dosis psychologisch inzicht beschikken omdat de arts voor velen het eerste aanspreekpunt is bij problemen die het medische vaak overstijgen.
Inhoud
Het beroep van arts is zonder twijfel een van de meest fascinerende. De kennis over het functioneren van het menselijk lichaam omzetten in het genezen van zieken én in het verbeteren van de volksgezondheid vormt voor veel mensen een bijzonder boeiende uitdaging. De artsenopleiding doet echter meer dan medische en technische vaardigheden bijbrengen. Als arts moet je immers ook over een hoge dosis psychologisch inzicht beschikken omdat je voor velen het eerste aanspreekpunt bent bij problemen die het medische vaak overstijgen. Na de basisopleiding van zes jaar kan je een vervolgopleiding volgen zoals huisarts, arts-specialist of andere.
Voor wie
Om te mogen starten met de opleiding geneeskunde moet je slagen én gunstig gerangschikt zijn voor het toelatingsexamen. In het eerste deel (kennis en inzicht in de wetenschappen) wordt je begripsniveau getest van de basiswetenschappen wiskunde, fysica, chemie en biologie. Het tweede deel toetst de generieke competenties die voor een toekomstige arts belangrijk zijn. Een enorme interesse voor de studie van de mens in al zijn facetten is daarnaast ook uiterst belangrijk. Als toekomstige arts beschik je best ook over sociale vaardigheden én is een brede maatschappelijke belangstelling absoluut noodzakelijk.
Structuur
Het concept van de artsenopleiding aan de Universiteit Gent is uniek: een studiejaar bestaat niet uit de klassieke vakken maar uit geïntegreerde blokken en lijnen.
Blokken zijn in de tijd gegroepeerde onderwijsperiodes en elk blok bestudeert een bepaald thema vanuit verschillende disciplines.
Naast het onderwijs in blokken zijn er ook de lijnen die door de hele opleiding lopen. In dat soort onderwijs krijg je klinische, technische en communicatieve vaardigheden aangeleerd, word je getraind in het oplossen van problemen, realiseer je zelfstandig wetenschappelijk werk (o.a. een masterproef) en ga je op exploratie in de gezondheidszorg.
Dat alles wordt aangevuld met een 'studium generale': via lezingen en groepsactiviteiten over diverse thema's krijg je een ruimere kijk op de gezondheidszorg en de maatschappij.
- Bachelor
Het eerste jaar is voor ongeveer de helft gemeenschappelijk met de tandheelkunde. In de opleiding geneeskunde staan in het eerste jaar zes blokken geprogrammeerd: vijf blokken zijn gewijd aan (bio)medische onderwerpen en één blok aan gezondheid en maatschappij. In het tweede jaar bestudeer je op een geïntegreerde wijze de verschillende stelsels (hart en bloedvaten, zenuwstelsel …). Simultaan met het theoretisch onderwijs in de diverse stelsels krijg je ook klinische vaardigheden aangeleerd. In het derde jaar gaat in het eerste semester veel tijd naar het aanleren van diagnostische en therapeutische methodieken in de geneeskunde, in combinatie met infectie en afweer en mechanismen van ziekte. Vanaf het tweede semester komt dan de kliniek aan bod via diverse blokken. Je loopt een korte blokstage en er is ook een week huisartsstage voorzien.
- Master
De masteropleiding streeft ernaar de theoretische kennis en therapie beter te integreren met de praktijk: via trainingen in het skillslab, via patiëntencontact en stages, en door in kleine groep klinische problemen op te lossen. Veel aandacht gaat naar de betekenis van klinische bevindingen, naar de psychosociale context van de patiënt en naar een rationele keuze van onderzoeksmethodes en behandeling ('evidence based medicine').
Er staan ook heel wat stages op het programma: van Juniorstage (individuele observatiestages) over Seniorstage van tien blokken van vier weken in diverse disciplines (o.a. spoedgevallen, radiologie) naar Verdiepende stages in het kader van jouw keuze voor de vervolgopleiding. Buitenlandse stages zijn ook mogelijk. Op het einde van het derde masterjaar leg je het geïntegreerd klinisch eindexamen af.
Een bachelordiploma geeft ook toegang tot andere dan de hier vermelde master. Het overzicht vind je op het tabblad 'Verder studeren'.
Arbeidsmarkt
Er bestaan drie soorten artsen: de arts-specialist, de huisarts en de arts die werkzaam is in de ‘niet-curatieve sector’.
Na de opleiding tot arts-specialist vind je doorgaans een job in het gekozen specialisme, in een ziekenhuis of een eigen praktijk of binnen een samenwerkingsverband.
Als afgestudeerde in de huisartsopleiding zoek je meestal in functie van de regionale spreiding een vestiging, de laatste tijd meer en meer in associatie met andere huisartsen of paramedici. De taken van de huisarts zijn breder dan die van de specialist. Voor de meeste patiënten is de huisarts de eerste contactpersoon en meestal ook de vertrouwensfiguur, die via het Globaal Medisch Dossier de zorgverlening in overleg met de patiënt coördineert.
De niet-curatieve gezondheidszorg is moeilijk onder één noemer te brengen. Ieder middelgroot bedrijf of dito instelling heeft zijn eigen arbeidsgeneeskundige dienst. Heel wat artsen vervullen administratieve taken bij de overheid of zijn ingeschakeld in de verzekeringsgeneeskunde, jeugdgezondheidszorg, preventie, controle en inspectie, noem maar op. Artsen komen ook terecht in het wetenschappelijk onderzoek binnen overheidsdiensten, privébedrijven, universiteiten.
Op www.durfdenken.be vind je interessante getuigenissen van oud-studenten.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
- Het opleiden van artsen voor de wereld van morgen: De medische wereld verandert voortdurend. De opleiding wil dan ook artsen opleiden voor de wereld van morgen en zet hierbij sterk in op wetenschappelijke evoluties en veranderingen in de maatschappij en wil hun studenten opleiden met een sterk gevoel voor social accountability.
- Geïntegreerd blokken- en lijnen systeem: Het concept van de basis artsenopleiding aan de Universiteit Gent is uniek: een studiejaar bestaat niet uit de klassieke vakken maar uit geïntegreerde 'blokken' en 'lijnen'. Blokken zijn in de tijd beperkte geïntegreerde onderwijsperiodes die telkens een bepaald thema bestuderen en dat benaderen vanuit verschillende invalshoeken (disciplines). Naast het onderwijs in blokken zijn er ook de lijnen die door de hele opleiding lopen waarbij de nadruk ligt op vaardigheids- en communicatieonderwijs
- Kleine groepen onderwijs: Zowel de klinische als de communicatieve vaardigheden die een basisarts moet kennen, worden binnen de basis artsenopleiding aangeleerd door middel van kleine groepen onderwijs. In groepjes van een 15-tal studenten krijgt elke student de mogelijkheid om vaardigheden aan te leren en dit telkens op één vaste dag in de week.
- Sterke uitgaande mobiliteit: Ongeveer 65 procent van de studenten geneeskunde doet tijdens zijn/haar studiecarrière een buitenlandse ervaring op. Hiermee is de opleiding geneeskunde koploper binnen de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen en zelfs binnen de Universiteit Gent.
- Sterke inzet op onderwijsinnovatie: De opleiding wenst sterk in te zetten op innovatie en ICT. Zo worden alle hoorcolleges opgenomen zodat studenten deze nadien kunnen (her)bekijken van waar ze maar willen. Daarnaast zorgt het platform ‘Poirot’ ervoor dat alle lesmateriaal op één doorzoekbaar kanaal is terug te vinden en men te allen tijde kan nagaan waar welk thema aan bod komt doorheen de studiejaren.
Sterke punten
- Betrokkenheid van de studenten: Binnen de opleiding geneeskunde is er een zeer grote studentenparticipatie. In elke commissie en werkgroep zijn de studenten sterk vertegenwoordigd en helpen zij mee bouwen aan een beter beleid binnen de opleiding. Daarnaast is er ook een zeer sterke studentenwerking door middel van de studentenraad SWOP. Met hun stem wordt dan ook uitgebreid rekening gehouden.
- Mentorsysteem: De opleiding geneeskunde is begaan met haar studenten. Door middel van een mentorsysteem, waar een kleine groep studenten op regelmatige basis samen komen met hun mentor, kunnen studenten reflecteren over zichzelf en hun opleiding. Daarnaast is de mentor ook een vertrouwenspersoon en kunnen studenten steeds bij hem/haar terecht en dit gedurende hun volledige studiecarrière.
- Gemotiveerd lesgeversteam: De opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers uit verschillende disciplines vanuit de basiswetenschappen en vanuit de kliniek. De lesgevers combineren hun expertise vanuit het werkveld met een passie voor onderwijs en een gedrevenheid om zich te blijven inzetten voor de kwaliteit van de lessen die ze geven, aangepast aan een steeds veranderende maatschappij.
- Diverse werkgroepen en commissies: De opleiding maakt gebruik van diverse werkgroepen die erover waken dat de zes strategische doelstellingen onderwijs kwaliteitsvol ingevuld worden in de opleiding en dit in verschillende thema’s die de opleiding aanbelangen(bv. onderzoek, internationalisering…). De werkgroepen adviseren de opleidingscommissie die de suggesties en opmerkingen verwerkt in haar onderwijsbeleid.
Werkpunten
- Stijging studenten: door de stijging van het aantal studenten binnen de basisopleiding arts wordt het steeds moeilijker om het kleine groepen onderwijs aan te bieden. Aangezien kleine groepenonderwijs één van de sterke punten van de opleiding is, gaat de opleiding dan ook verder blijven bekijken hoe de kwaliteit van de opleiding hoog kan gehouden worden.
- Vroeger contact met patiënten: de opleiding wenst de studenten vroeger in de opleiding in contact te laten komen met patiënten zodat ze leerstof beter kunnen integreren. Op dit moment komen studenten pas voor een langere tijd in contact met patiënten vanaf hun 2de master. De opleiding is momenteel aan het bekijken hoe de deze contactmomenten vroeger kunnen geïmplementeerd worden in het curriculum.
- Veel lesgevers: Door het blokken- en lijnensysteem zijn er vaak veel verschillende lesgevers betrokken bij een opleiding en zelfs binnen een opleidingsonderdeel zelf. Naast de vele voordelen die dit biedt, kan dit ook voor de nodige verwarring zorgen bij studenten en bij lesgevers zelf. De opleiding plant om dit optimaler te organiseren.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2022. De kwaliteit van deze opleiding werd gevalideerd door een kwaliteitstoets in de vorm van een screening door het Onderwijskwaliteitsbureau. Het borgingsbesluit vindt u hier.
Deze informatie werd laatst bijgewerkt op 01/02/2023.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.