De masteropleiding Basisonderwijs neemt een unieke positie in binnen het hoger onderwijslandschap door een academische benadering te combineren met een sterke professionele identiteit en praktijkgerichtheid. Deze opleiding richt zich op de wetenschappelijke verdieping van leraren basisonderwijs, met een expliciete focus op onderzoeksvaardigheden, vakdidactiek en schoolontwikkeling. Het uiteindelijke doel is krachtig en innovatief onderwijs bieden aan kinderen van 2,5 tot 12 jaar.

De opleiding wordt in co-creatie ontwikkeld door de partners binnen de Associatie Universiteit Gent (AUGent), namelijk UGent, Arteveldehogeschool, HOGENT en HOWEST. Door deze samenwerking combineert de opleiding de nieuwste wetenschappelijke inzichten met de praktijkervaring van verschillende onderwijsexperts.

Een centrale pijler van deze master is de ontwikkeling van jouw teacher leadercompetenties. Je versterkt niet alleen je pedagogisch-didactische vaardigheden als leraar, maar je leert ook hoe je op meso- en macroniveau een impact kan hebben. Denk aan gedeeld leiderschap, samenwerking binnen en tussen scholen en de implementatie van onderwijsinnovaties.

Naast de verdieping in vakinhouden en didactiek, ligt de focus op competenties die essentieel zijn voor onderwijsvernieuwing. Je leert hoe je:

• onderwijsinnovaties succesvol implementeert,
• het levenslang leren van jezelf en collega’s stimuleert,
• gedeeld leiderschap binnen scholen vormgeeft.

Dankzij deze brede vorming kun je diverse rollen opnemen, van beleidsmatige functies op mesoniveau tot het coachen van leraren op microniveau.

Het schakelprogramma naar de master Basisonderwijs omvat 60 studiepunten. De masteropleiding Basisonderwijs omvat eveneens een programma van 60 studiepunten. De volledige opleiding (schakelprogramma en master) kan zo op twee voltijdse jaren worden afgewerkt. Je kan er ook voor kiezen om de opleiding te spreiden over een langere termijn. Je bent vrij het aantal studiepunten op te nemen dat je het meest haalbaar acht.

Het studieprogramma van de Master of Science in het Basisonderwijs vormt een samenhangend geheel, waarin de ontwikkeling van de teacher leader-competenties centraal staat. Drie leerlijnen ondersteunen deze ontwikkeling:

1. Binnen de opleidingsonderdelen die bijdragen aan de leerlijn evidence-informed didacticus ligt de focus op verdiepend onderzoek naar algemene didactiek en het leren van zowel kleuters als leerlingen in het lager onderwjis. Daarnaast wordt specifiek ingegaan op taal- en STEM-didactiek, met als doel het pedagogisch-didactisch handelen van de leraar in deze domeinen te versterken.
2. In de leerlijn innoverend schoolmaker staan verdiepende thema’s centraal zoals het professioneel leren van leraren en schoolteams, het gebruik van data en het ontwikkelen van datageletterdheid in scholen, en schoolbeleid en -leiderschap. Deze thema’s bereiden studenten voor op het stimuleren van onderwijsinnovaties en het begeleiden van veranderingsprocessen binnen scholen.
3. Tot slot richt de leerlijn autonoom onderzoeker zich op het ontwikkelen van een onderzoekende houding bij leraren in het basisonderwijs. Studenten werken aan praktijkgerichte casussen en leren onderzoeksvaardigheden toepassen om onderwijsvraagstukken kritisch te analyseren.

De competenties die je binnen bovenstaande leerlijnen hebt verworven, stellen je in staat om een masterproefonderzoek uit te voeren. Dit traject wordt persoonlijk begeleid en reeds gestart tijdens het schakelprogramma.

Na het succesvol afronden van deze opleiding behaal je het diploma Master of Science in het Basisonderwijs. Het behalen van dit masterdiploma heeft geen invloed op de klas of graad waarin je als leerkracht les mag geven. Dit blijft afhankelijk van het Educatieve bachelordiploma dat je hebt behaald.

Met het masterdiploma kun je zowel in het kleuteronderwijs als het lager onderwijs aan de slag. Je bent een teacher leader die een centrale rol speelt binnen de school. Je ontwikkelt expertise op het gebied van kennisdeling, onderwijsinnovatie, schoolontwikkeling en professionele samenwerking. Zo draag je bij aan de transformatie van scholen tot professionele leergemeenschappen en stimuleer je innovatie binnen het pedagogisch beleid.