Bachelor of Science in de industriële wetenschappen (bouwkunde)
Deze opleiding tot industrieel ingenieur is verbonden aan de faculteit Ingenieurswetenschappen en Architectuur. De opleiding industriële wetenschappen: bouwkunde legt de klemtoon op de constructie van functionele en duurzame gebouwen en wegeninfrastructuur.
Inhoud
De impact van wetenschap en technologie op onze maatschappij is vandaag groter dan ooit. Gesofisticeerde machines nemen moeilijke of gevaarlijke taken over, de geneeskunde evolueert zeer snel, nieuwe technieken zorgen voor een vermindering van onze afvalberg, … Ingenieurs spelen hierbij een cruciale rol. Ze bedenken oplossingen voor bestaande problemen en ontwikkelen nieuwe producten en technologieën. Kortom, ze bouwen aan een betere en duurzame toekomst voor iedereen. In de opleidingen bachelor en master of science in de industriële wetenschappen (industrieel ingenieur) verwerf je via basisvakken veeleer toepassingsgerichte kennis. Je gebruikt die kennis vervolgens om bestaande ontwerpen en systemen te verbeteren en nieuwe concepten in het werkveld toe te passen. Typerend voor de opleiding zijn dan ook de talrijke oefeningen en practica in de laboratoria en de veelvuldige contacten met het werkveld, via projecten en stages. In de bachelor bouwkunde komen zowel bouwkundige als landmeetkundige opleidingsonderdelen aan bod. Dit laat je toe door te stromen naar een master bouwkunde of een master landmeten. De opleiding bouwkunde legt de klemtoon op de constructie van functionele en duurzame gebouwen en wegeninfrastructuur, met aandacht voor veiligheid, stabiliteit en milieu. Al deze constructies moeten niet alleen architecturaal mooi ogen, hun stabiliteit moet ook gedurende lange tijd gegarandeerd zijn, de gebruikte materialen en constructietechniek moeten aan de tand des tijds weerstaan en binnenin moet het comfortabel toeven zijn. De opleiding landmeten voorziet naast een basispakket in de bouwkunde ook landmeetkundige vakken zoals plaatsbepaling, hydrografie, geodesie en GIS. Je leert hoe je gegevens verzamelt en verwerkt om precieze kaarten en plannen te maken met gebruik van specifieke software. Daarnaast staan ook juridische aspecten, expertise en schatting op het programma.
Aandachtspunten
Om te kunnen starten met de opleiding moet je hebben deelgenomen aan een ijkingstoets.
Voor wie
Het spreekt voor zich dat een uitgesproken interesse voor wiskunde, wetenschappen en techniek onontbeerlijk is voor al wie een ingenieursstudie wil aanvatten. Daarnaast zijn motivatie, doorzettingsvermogen en creativiteit belangrijke troeven. Wie in het secundair onderwijs de opleiding industriële wetenschappen volgde of uit een sterke wiskundige of wetenschappelijke richting komt, heeft een goeie voorbereiding. Elke toekomstige student kan zijn/haar voorkennis meten met de zelftest en de ijkingstoets. Tijdens de eerste 3 semesters van je opleiding diepen we de wiskunde-onderwerpen uit het secundair onderwijs verder uit en brengen nieuwe onderwerpen aan. Maar ook voor de meeste andere opleidingsonderdelen heb je een degelijke basiskennis wiskunde nodig. Een voorkennis van opleidingsonderdelen zoals mechanica, elektriciteit en chemie is mooi meegenomen, maar niet strikt noodzakelijk.
Structuur
De opleiding tot industrieel ingenieur duurt vier jaar: drie bachelor jaren en één master jaar. De inhoud van de bachelor- (en master)opleiding is opgebouwd rond vijf leerlijnen: wiskunde en wetenschappen, technologie, engineering, project en onderzoek, communicatie en bedrijfsmanagement. Wiskunde en wetenschappen komen in de eerste twee jaren aan bod en vormen de basis van de opleiding. De andere leerlijnen lopen door alle opleidingsjaren en nemen jaar na jaar toe in diepgang en complexiteit. Via keuzevakken kan je bovendien persoonlijke accenten leggen in je opleiding.
Het eerste jaar is volledig gemeenschappelijk voor alle opleidingen (bachelor of science in de industriële wetenschappen). Je maakt hierin kennis met alle ingenieursdomeinen, wat je in staat stelt om met collega’s uit andere disciplines te communiceren. Dat onderscheidt een ingenieur van een professionele bachelor of een zuivere wetenschapper. In het tweede jaar maak je een keuze: bouwkunde, chemie, elektromechanica, elektronica-ICT of informatica. Je specialiseert je dan verder in het door jouw gekozen domein. De theorie wordt aanschouwelijk gemaakt via oefeningen en in laboratoria, waar je de opgedane kennis aan de praktijk kunt toetsen. Een industrieel ingenieur stopt immers niet bij de theorie en de concepten; hij is pas tevreden als zijn toepassing echt werkt. Daarnaast staan ook projecten en/of stages (al dan niet in het buitenland) op het programma. Zo maak je al tijdens je studies kennis met het ingenieursberoep. Na het behalen van je diploma bachelor of science in de industriële wetenschappen: bouwkunde kan je rechtstreeks doorstromen naar twee masteropleidingen: master of science in de industriële wetenschappen: bouwkunde of landmeten.
Arbeidsmarkt
Bouwkunde
Het meest zichtbare actieterrein van de industrieel ingenieurs bouwkunde zijn de talloze bouwplaatsen in Vlaanderen. De ingenieur bouwkunde treedt op als spilfiguur en centrale gesprekspartner. Hij of zij is de werfleider die de werf coördineert, organiseert en opvolgt, of het nu gaat over bruggen, wegen of gebouwen. Sommige projectleiders krijgen ruimere en meer algemene verantwoordelijkheden toegewezen. Als (creatief) ontwerper (CAD-systeem) ben je betrokken bij de voorbereiding en startfase van projecten of voer je detailberekeningen uit in een studiebureau. Ben je meer technisch-commercieel aangelegd, dan kan je terecht in de aankoop of verkoop van bouwmaterialen. Andere mogelijke functies zijn projectleider, technisch beheerder van gebouwen, deskundige in expertisebureaus of adviseur in adviesorganen voor de bouwnijverheid. Een internationale job bij een aannemersbedrijf in één van de talloze grootschalige bouwprojecten is natuurlijk ook mogelijk!
Landmeten
Als industrieel ingenieur landmeten kan je aan de slag als werfleider of landmeter bij aannemers van wegeniswerken en grote bouwprojecten, in binnen- en buitendiensten van het kadaster, van parastatalen (VLM, AGIV, NGI, …) en van overheidsinstellingen, landmeetkundige bureaus, nutsbedrijven, bankinstellingen … Je kan je natuurlijk ook vestigen als zelfstandig landmeter-expert om afpalingen en schattingen van onroerende goederen uit te voeren, onteigenings- en verkavelingsdossiers op te stellen, op te treden als expert in opdracht van rechtbanken, bankinstellingen, immobiliënkantoren … Ben je avontuurlijk aangelegd, dan is een job bij een baggerbedrijf of bij opgravingswerken op een archeologische site in het buitenland misschien iets voor jou.
Op ikbenindustrieelingenieur.be vind je interessante getuigenissen.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
- Multiperspectivisme: we leiden onze studenten op tot kritische professionals die kunnen werken in teamverband. We brengen onze studenten de nodige vaardigheden bij om creatief en probleemoplossend te werken.
- Talentontwikkeling: als student krijg je een zekere keuzevrijheid in het samenstellen van je studieprogramma naargelang van je eigen interesses.
- Kenniscreatie: de opleiding hecht veel belang aan een stapsgewijze opbouw van kennis. Onze studenten worden daarbij voortdurend aangezet tot kritische zelfreflectie Een afgestudeerde van onze opleiding is een flexibel inzetbare master die zich toch voldoende heeft kunnen specialiseren.
- Programma: in het programma is veel ruimte gemaakt voor praktische toepassingen, werfbezoeken, stages en internationale uitwisseling.
- Integratie theorie en praktijk: het opleidingsprogramma bestaat uit een groot aantal uren werkcolleges en practica waarin de theoretische kennis uit de hoorcolleges wordt ingeoefend in onze goed uitgebouwde /laboruimtes en practicumlokalen. Daarbij scherpen wij de kritische zin en het probleemoplossend denken van onze studenten aan en houden wij hen op de hoogte van de nieuwste technologische ontwikkelingen in het vakgebied. Bovendien omvat het programma twee stageperiodes van telkens minstens vier weken.
Sterke punten
- Voorbereiding: om goed voorbereid het eerste academiejaar in te zetten kunnen studenten deelnemen aan onze zomercursussen en de inleidingsweek.
- Gemotiveerd lesgeversteam: de opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers uit verschillende disciplines. Onze lesgevers combineren hun onderzoeksexpertise met een passie voor onderwijs en een gedrevenheid om zich te blijven inzetten voor de kwaliteit van de lessen die ze geven.
- Ruimte voor praktijkervaring: de opleiding heeft een sterke traditie in het inzetten op praktijkervaring zowel door het inrichten van labo’s waarin de theoretische kennis aangevuld wordt met praktische vaardigheden, als door veelvuldige contacten met het werkveld. De opleiding omvat twee stageperiodes van telkens vier weken. Verder worden regelmatig bedrijfsbezoeken en een buitenlandse studiereis ingericht.
- Toetsing: onze studenten waarderen dat ze goed geïnformeerd zijn over de vorm en de inhoud van de evaluaties zodat ze tijdens het studeren duidelijk weten waaraan ze zich kunnen verwachten. Bij tussentijdse toetsingen worden steeds feedbackmomenten voorzien evenals na elke examenperiode.
- Aanspreekbaarheid: de opleiding zet sterk in op persoonlijk contact tussen onze docenten en onze studenten. De docenten zijn steeds aanspreekbaar via e-mail, tijdens en na de lessen en op afspraak.
- Onderzoekscompetenties: de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden wordt gestimuleerd doorheen het volledige studieprogramma en voor alle studenten. Dit begint reeds in het eerste jaar via een CDIO-project en loopt verder via zowel individuele als groepsopdrachten in verschillende opleidingsonderdelen. De studenten worden via de bachelorproef grondig voorbereid op hun masterproef.
Werkpunten
-
Internationalisering: we willen meer inzetten op internationalisering. Momenteel nemen slechts een beperkt aantal studenten deel aan Erasmusuitwisselingen en beperkt internationalisering zich hoofdzakelijk tot een buitenlandse studiereis en enkelingen die deelnemen aan Erasmus, of die een stage lopen in het buitenland. Bovendien is het zeer moeilijk om buitenlandse studenten aan te trekken voor een Nederlandstalige opleiding. We willen internationalisering voor alle studenten versterken door:
- meer in te zetten op internationalisering@home,
- de studenten beter te informeren over bestaande subsidieprogramma’s voor buitenlandse stages,
- studenten te stimuleren om deel te nemen aan een Erasmusuitwisseling,
- studenten uit het buitenland te aan te trekken door ook Engelstalige opleidingsonderdelen aan te bieden en deze via onze buitenlandse partners kenbaar te maken.
- Studiebelasting: de studenten geven soms terecht aan dat de studiebelasting te zwaar is voor bepaalde opleidingsonderdelen en dat het indienen van werkstukken, ontwerpen en rapporten onvoldoende gespreid is in de tijd. De opleiding beseft dit en probeert daar in de toekomst zoveel mogelijk rekening mee te houden. Tegelijkertijd probeert zij de studenten ervan te overtuigen dat dit eigen is aan een praktische opleiding en een goede voorbereiding is op een reële werksituatie. Daarom zal de opleiding inzetten op het aanleren van het opmaken van realistische planningen, eerder dan op het verminderen van de werkbelasting om het praktisch karakter van de opleiding te bewaren en te versterken.
- Feedback: door de grote studentengroepen in sommige opleidingsonderdelen in combinatie met de zware belasting van een aantal leden van het lesgeverscorps, gebeurt het soms dat feedback pas vrij laat kan worden gegeven bij tussentijdse evaluaties. We proberen daar oplossingen voor te zoeken.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2017. Screening van de monitor door het Onderwijskwaliteitsbureau van de Universiteit Gent staat gepland in de periode 2021 – 2024. .
Deze informatie werd laatst bijgewerkt op 01/06/2021.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.