Master of Arts in de kunstwetenschappen

De verschillende artistieke disciplines worden uitgediept via drie majors. De masteropleiding bouwt voort op de majorkeuze die je tijdens de bachelor maakte. Specialisatie en onderzoeksfinaliteit staan centraal: origineel onderzoekswerk, creativiteit, samenwerking, zelfredzaamheid en een kritische ingesteldheid worden aangescherpt.

master-na-bacheloropleiding
1 jaar 60 studiepunten
Faculteit Letteren en Wijsbegeerte
Nederlands
Brochure downloaden  
Over de opleiding
Programma
Informeer je
Vlot van start
Na je studies

Inhoud

De masteropleiding bouwt voort op de majorkeuze die je tijdens de bachelor maakte. Ze vormt een logische voortzetting van de vertrouwdheid met specifieke vakgebieden, gekoppeld aan een zich verder ontwikkelend autonoom kritisch wetenschappelijk denken en handelen. Specialisatie en onderzoeksfinaliteit staan centraal: origineel onderzoekswerk, creativiteit, samenwerking, zelfredzaamheid en een kritische ingesteldheid worden aangescherpt. Door je majorkeuze en de keuzevakken bepaal je je eigen onderzoeksprofiel en verdiep je je in je eigen interessegebied. Je bouwt een begin van expertise op in een bepaald domein en je bereidt je voor op het werkveld via diverse werkvormen.

Voor wie

De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.

Structuur

Gemeenschappelijk voor alle studenten zijn twee theoretisch-wetenschappelijke vakken, de Masterproef en het vak Project Publiek dat inzet op de maatschappelijke valorisatie van kunstwetenschappelijk onderzoek. Vijf studiepunten zijn vrij in te vullen. Ook een extra stage behoort tot de keuzemogelijkheden.

De twee theoretisch-wetenschappelijke vakken zijn onderzoeksseminaries. Elk onderzoeksseminarie omvat verschillende modules, waarin het onderzoek gekoppeld is aan de onderzoeksexpertise van de betreffende docent. Minstens één van de gekozen modules dient inhoudelijk aan te sluiten bij de masterproef.

De modules Beeldende kunst omvast Technologie van de beeldende kunsten, Iconologie, Moderne en actuele kunst, Kunst, interieur en design, en Mode en architectuur. De in deze modules behandelde thema’s vertrekken vanuit actuele problematieken, noden en/of vraagstellingen. Je leert, al dan niet in groep, autonoom onderzoek uitvoeren over een specifiek thema en kritisch doordachte resultaten mondeling en schriftelijk presenteren. Vaak bevatten deze modules ook een meer praktische component, met aandacht en relevantie voor het werkveld en in samenwerking met professionele instellingen (zoals het samenstellen van een tentoonstelling of een publicatie).

In de modules Muziekgeschiedenis en -kritiek, en Muziekinteractie en -technologie bestudeer je muziek zowel in haar historische ontwikkeling en context, als in haar fundamentele eigenschappen. Er is een sterke band met het onderzoek dat gebeurt in het IPEM, het onderzoeksinstituut van de UGent dat de grondslagen van muziek en muziekperceptie experimenteel onderzoekt.

In modules Performance Theory en Het naleven van de Antieken in de vroegmoderne podiumkunsten leer je om collectief en individueel theaterwetenschappelijke problemen te doorgronden en zelfstandig een wetenschappelijk onderzoek over het onderzoeksthema van het seminarie te ontwikkelen. Dat gebeurt aan de hand van lees-, werk- en discussieseminaries. De focus van deze modules wisselt jaarlijks, zodat optimaal ingespeeld kan worden op actuele tendensen in het podiumlandschap en de performancetheorie.

Naast de hier beschreven (domein)master, kun je ook kiezen voor de educatieve master. Meer uitleg hierover vind je op www.ugent.be/educatievemaster.

Arbeidsmarkt

Kunstwetenschappers komen traditioneel terecht in de brede culturele en erfgoedsector en het onderwijs. Enkelen gaan ook verder in het wetenschappelijk onderzoek via een doctoraat. Ze komen in aanmerking voor een breed scala aan functies in die sectoren: curator, conservator, programmator, onderzoeker, docent, directeur, coördinator, criticus, journalist, dramaturg, gids, galeriehouder, kunsthandelaar, pers- en communicatiemedewerker, publieksmedewerker, educatieve werking, dagelijkse leiding enz. Tot de courante werkplekken voor kunstwetenschappers behoren kunst- en cultuurgerichte overheidsdiensten en -instellingen (bv. musea, operahuizen, bibliotheken, archieven, culturele centra, erfgoedinstellingen, radio en televisie), zelfstandige (kunsten)organisaties en vzw’s (bv. kunstencentra, concertplekken, filmhuizen, productiehuizen, festivalorganisatie, kunsteducatieve projecten en organisaties), privé-initiatieven en het commerciële circuit (bv. kunsthandel, galeries, veilinghuizen, uitgeverijen). Aangevuld met een meer managementgerichte opleiding komen ook profielen als zakelijke directie in aanmerking.

Een andere groep afgestudeerden vindt een job buiten de kunstgeoriënteerde sectoren. De ontkoppeling van diploma en beroep, die al voor veel studierichtingen geldt, laat zich hier ook voelen. Ook in die gevallen biedt de opleiding evenwel een meerwaarde door de algemene vorming en vaardigheden: analyse en synthese, kritische reflectie, samenwerking en autonoom werken. Succes bij het vinden van een geschikte job hangt in grote mate af van onder meer de eigen persoonlijkheid, flexibiliteit, leergierigheid, sociale vaardigheden en talenkennis.