Master of Veterinary Medicine in de diergeneeskunde (varken, pluimvee en konijn)
De masteropleiding in de diergeneeskunde kan je in Vlaanderen enkel volgen aan de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Gent en ze is enkel toegankelijk voor wie in het bezit is van een academisch bachelordiploma in de diergeneeskunde. In het laatste jaar van de masteropleiding kies je voor één van de vijf afstudeerrichtingen: herkauwers; varken, pluimvee, konijn; paard; gezelschapsdieren; onderzoek.
Inhoud
Tijdens de eerste twee masterjaren komt het brede domein van de diergeneeskunde aan bod via hoorcolleges, praktische oefeningen en mee helpen in de kliniek. Je bestudeert allerlei ziekten en afwijkingen naar oorzaak, pathogenese, symptomen, diagnose, prognose en behandeling. Daarnaast gaat veel aandacht naar het dier als producent van voedingsmiddelen (veterinaire volksgezondheid), de komt veterinaire wetgeving met inbegrip van deontologie aan bod.
Tijdens het eerste anderhalf jaar van de masteropleiding ligt de nadruk op theoretische klinisch georiënteerde vakken en de eerste delen van de masterproef. In het tweede semester van het tweede masterjaar staan uitsluitend vakken m.b.t. nutsdieren (voedselproducerende dieren) op het programma. De grote nadruk ligt hier op diergeneeskundige bedrijfsbegeleiding. Tijdens het derde masterjaar varken, pluimvee en konijn breng je het grootste deel van je tijd door met bedrijfsbezoeken op verschillende varkens- en pluimveebedrijven.
Tijdens het derde masterjaar varken, pluimvee en konijn breng je het grootste deel van je tijd door met bedrijfsbezoeken op verschillende varkens- en pluimveebedrijven. Daarnaast loop je een afstudeerstage bij een praktiserende dierenarts en rond je de laatste delen van de masterproef af.
Een majorkeuze heb je niet binnen de afstudeerrichting varken, pluimvee en konijn, je kiest wel één keuzevak.Voor wie
De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.
Structuur
De masteropleiding duurt drie academiejaren. Het eerste anderhalf jaar is gemeenschappelijk voor alle studenten. Halverwege de 2de master maak je een eerste diersoort specifieke keuze: gezelschapsdieren, paard of nutsdieren. Afhankelijk van de gemaakte keuze in 2de master kom je in de 3de master terecht in één van de volgende afstudeerrichtingen: gezelschapsdieren; paard; herkauwers; varken, pluimvee en konijn; en onderzoek.
Arbeidsmarkt
Uit studies blijkt dat er weinig werkloosheid is bij afgestudeerde dierenartsen. Tot 75% gaat kort na het afstuderen aan de slag als praktijkdierenarts. Na 3 jaar daalt dat percentage echter doordat een aantal dierenartsen uit de praktijk stapt om andere functies in te vullen.
Als praktijkdierenarts werk je meestal in een groepspraktijk samen met andere collega’s, al dan niet bijgestaan door dierenartsassistenten. Je werkt vaak als zelfstandige maar er zijn ook (meer en meer) jobs als loontrekkende. Naast de (eerste- of tweedelijns)zorg voor het dier is een vlotte en professionele omgang met mensen (eigenaars, collega’s …) zeer belangrijk. Afhankelijk van de discipline moet je rekening houden met flexibele werkuren, avondwerk en deelname aan nacht- en weekenddiensten. Permanente bijscholing is een must om bij te blijven met de snel evoluerende veterinaire praktijk.
Wil je je bijkomend verdiepen in een bepaalde diersoort en/of discipline dan kan je dit doen aan verschillende instellingen. De mogelijkheden aan de faculteit diergeneeskunde in Gent vind je terug op de website van de Academie van Diergeneeskunde. Wil je echter de titel van ‘Europees erkend veterinair specialist’ voeren dan moet je een bijkomende opleiding ‘Internship’ volgen en vervolgens een ‘Residency’.
Door je solide wetenschappelijke opleiding kun je naast de praktijk ook terecht in het wetenschappelijk onderzoek (eventueel na het behalen van een doctoraat), het onderwijs (de Educatieve masteropleiding in de gezondheidswetenschappen scherpt je pedagogische vaardigheden aan), de industrie en diagnostische laboratoria (bv. ontwikkelen van vaccins en (dier)geneesmiddelen, bedrijfsadviseur bij veevoederbedrijven). Werken voor de overheid (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, Diergezondheidszorg Vlaanderen, Dierenwelzijn of het leger) en Europese of internationale overheidsinstellingen behoort ook tot de mogelijkheden. Je brede academische vorming biedt garantie voor een interessante carrière met voldoende flexibiliteit!
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
- Multiperspectivisme: ons opleidingsprogramma brengt verschillende praktijkgerichte en theoretische perspectieven samen. We leggen ook verbanden met aanverwante domeinen zoals geneeskunde, biologie, biomedische wetenschappen, veehouderij (zoötechnie), ethiek en dierenwelzijn, landbouwkunde.
- Talentontwikkeling: in eerste bachelor combineren we medische basiswetenschappen met een ruime aandacht voor specifiek diergeneeskundige aspecten. Op die manier bieden we studenten een solide basis voor de rest van de opleiding en voor het latere beroep van dierenarts. De diversificatie in afstudeerrichtingen biedt aan elke student de kans om het curriculum aan te passen in functie van de eigen interesses.
- De verankering van theorie en praktijk gebeurt bij uitstek in onze dierenkliniek. Onder de deskundige begeleiding van veterinaire specialisten worden onze studenten tijdens hun stages binnens- en buitenshuis gestimuleerd tot probleemoplossend en kritisch denken. Een eerste contact met de praktijk gebeurt via de afstudeerstage.
- Onderzoek: met diergeneeskunde kiezen studenten voor een opleiding met een sterke onderzoeksbasis. Onderwijs en onderzoek worden in het programma geïntegreerd door de docenten, telkens experten in het eigen onderzoeksdomein.
- Internationalisering: we vinden het belangrijk om onze studenten aan te zetten tot een internationale ervaring. Vanaf academiejaar 2017-2018 biedt ons programma de ruimte voor internationale mobiliteit. Dit kan via een kortdurende stage of een langere kliniekmodule in het buitenland (major kliniek internationaal).
Sterke punten
- Onze opleiding is een dynamische opleiding die rekening houdt met nieuwe ontwikkelingen in de samenleving. Dankzij onze nauwe contacten met het brede werkveld volgen we nieuwe tendensen op de voet en sturen we het programma bij waar nodig.
- Onze studenten beschouwen we hierbij als volwaardige partners. Onze studentenvertegenwoordigers leveren waardevolle bijdragen aan het dagdagelijks bestuur van onze opleiding. Daarom moedigen we onze studenten aan om gebruik te maken van hun recht op inspraak.
- Internationale erkenning: onze opleiding staat er in het buitenland om bekend dat zij goed opgeleide dierenartsen aflevert en onze kliniek is één van de grootste universitaire dierenziekenhuizen in Europa. De erkenning die onze opleiding krijgt van de European Association for Establishments of Veterinary Education (EAEVE) is hiervan een bewijs.
- Gemotiveerd lesgeversteam: de opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers uit verschillende disciplines. Onze lesgevers combineren hun onderzoeksexpertise met een passie voor onderwijs en een gedrevenheid om zich te blijven inzetten voor de kwaliteit van de lessen die ze geven.
- Studiebegeleiding: we hechten veel belang aan een goede communicatie met en ondersteuning van onze (toekomstige) studenten. Tijdens de studies kunnen studenten terecht bij de studietrajectbegeleider en bij de individuele docenten. Studenten met specifieke noden kunnen een beroep doen op extra begeleiding.
Werkpunten
- Evaluatie en feedback: we willen inzetten op meer competentiegericht onderwijs met de daarbij passende evaluaties en examens. Daarnaast willen we onze studenten nog beter informeren en hen aanmoedigen om meer gebruik te maken van vaste feedbackmomenten.
- Multiperspectivisme: in onze opleiding komen studenten in contact met verschillende perspectieven, die bijv. tot uiting komt in de wisselwerking tussen theorie en praktijk, of de mogelijkheid om keuzevakken te volgen aan andere faculteiten. De bestaande initiatieven staan op dit moment echter nog te veel op zichzelf. De opleiding wil daarom werk maken van een overkoepelend beleid dat deze initiatieven samenbrengt en versterkt.
- Onderzoekscompetenties: we willen meer inzetten op de ontwikkeling van onderzoeksvaardigheden doorheen het volledige studieprogramma en voor alle studenten. We willen dit bereiken via volgende actiepunten:
- een leerlijn onderzoeksvaardigheden die op een logische en stapsgewijze manier toewerkt naar de masterproef
- bepaalde competenties uit de afstudeerrichting onderzoek openstellen voor alle studenten
- een duidelijkere afbakening van de praktijk- en onderzoekscomponent in het vak “Masterproef I”
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2022. De kwaliteit van deze opleiding werd gevalideerd door een kwaliteitstoets in de vorm van een peerleerbezoek in 2016. Screening van de monitor door het Onderwijskwaliteitsbureau van de Universiteit Gent staat gepland in de periode 2021 – 2024.
Deze informatie werd laatst bijgewerkt op 01/02/2023.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.