Master of Arts in de kunstwetenschappen
De verschillende artistieke disciplines worden uitgediept via drie majors. De masteropleiding bouwt voort op de majorkeuze die je tijdens de bachelor maakte. Specialisatie en onderzoeksfinaliteit staan centraal: origineel onderzoekswerk, creativiteit, samenwerking, zelfredzaamheid en een kritische ingesteldheid worden aangescherpt.
Inhoud
De masteropleiding bouwt voort op de majorkeuze die je tijdens de bachelor maakte. Ze vormt een logische voortzetting van de vertrouwdheid met specifieke vakgebieden, gekoppeld aan een zich verder ontwikkelend autonoom kritisch wetenschappelijk denken en handelen. Specialisatie en onderzoeksfinaliteit staan centraal: origineel onderzoekswerk, creativiteit, samenwerking, zelfredzaamheid en een kritische ingesteldheid worden aangescherpt. Door je majorkeuze en de keuzevakken bepaal je je eigen onderzoeksprofiel en verdiep je je in je eigen interessegebied. Je bouwt een begin van expertise op in een bepaald domein en je bereidt je voor op het werkveld via diverse werkvormen.
Voor wie
De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.
Structuur
Gemeenschappelijk voor alle studenten zijn twee theoretisch-wetenschappelijke vakken, de Masterproef en het vak Project Publiek dat inzet op de maatschappelijke valorisatie van kunstwetenschappelijk onderzoek. Vijf studiepunten zijn vrij in te vullen. Ook een extra stage behoort tot de keuzemogelijkheden.
De twee theoretisch-wetenschappelijke vakken zijn onderzoeksseminaries. Elk onderzoeksseminarie omvat verschillende modules, waarin het onderzoek gekoppeld is aan de onderzoeksexpertise van de betreffende docent. Minstens één van de gekozen modules dient inhoudelijk aan te sluiten bij de masterproef.
De modules Beeldende kunst omvast Technologie van de beeldende kunsten, Iconologie, Moderne en actuele kunst, Kunst, interieur en design, en Mode en architectuur. De in deze modules behandelde thema’s vertrekken vanuit actuele problematieken, noden en/of vraagstellingen. Je leert, al dan niet in groep, autonoom onderzoek uitvoeren over een specifiek thema en kritisch doordachte resultaten mondeling en schriftelijk presenteren. Vaak bevatten deze modules ook een meer praktische component, met aandacht en relevantie voor het werkveld en in samenwerking met professionele instellingen (zoals het samenstellen van een tentoonstelling of een publicatie).
In de modules Muziekgeschiedenis en -kritiek, en Muziekinteractie en -technologie bestudeer je muziek zowel in haar historische ontwikkeling en context, als in haar fundamentele eigenschappen. Er is een sterke band met het onderzoek dat gebeurt in het IPEM, het onderzoeksinstituut van de UGent dat de grondslagen van muziek en muziekperceptie experimenteel onderzoekt.
In modules Performance Theory en Het naleven van de Antieken in de vroegmoderne podiumkunsten leer je om collectief en individueel theaterwetenschappelijke problemen te doorgronden en zelfstandig een wetenschappelijk onderzoek over het onderzoeksthema van het seminarie te ontwikkelen. Dat gebeurt aan de hand van lees-, werk- en discussieseminaries. De focus van deze modules wisselt jaarlijks, zodat optimaal ingespeeld kan worden op actuele tendensen in het podiumlandschap en de performancetheorie.
Naast de hier beschreven (domein)master, kun je ook kiezen voor de educatieve master. Meer uitleg hierover vind je op www.ugent.be/educatievemaster.
Arbeidsmarkt
Kunstwetenschappers komen traditioneel terecht in de brede culturele en erfgoedsector en het onderwijs. Enkelen gaan ook verder in het wetenschappelijk onderzoek via een doctoraat. Ze komen in aanmerking voor een breed scala aan functies in die sectoren: curator, conservator, programmator, onderzoeker, docent, directeur, coördinator, criticus, journalist, dramaturg, gids, galeriehouder, kunsthandelaar, pers- en communicatiemedewerker, publieksmedewerker, educatieve werking, dagelijkse leiding enz. Tot de courante werkplekken voor kunstwetenschappers behoren kunst- en cultuurgerichte overheidsdiensten en -instellingen (bv. musea, operahuizen, bibliotheken, archieven, culturele centra, erfgoedinstellingen, radio en televisie), zelfstandige (kunsten)organisaties en vzw’s (bv. kunstencentra, concertplekken, filmhuizen, productiehuizen, festivalorganisatie, kunsteducatieve projecten en organisaties), privé-initiatieven en het commerciële circuit (bv. kunsthandel, galeries, veilinghuizen, uitgeverijen). Aangevuld met een meer managementgerichte opleiding komen ook profielen als zakelijke directie in aanmerking.
Een andere groep afgestudeerden vindt een job buiten de kunstgeoriënteerde sectoren. De ontkoppeling van diploma en beroep, die al voor veel studierichtingen geldt, laat zich hier ook voelen. Ook in die gevallen biedt de opleiding evenwel een meerwaarde door de algemene vorming en vaardigheden: analyse en synthese, kritische reflectie, samenwerking en autonoom werken. Succes bij het vinden van een geschikte job hangt in grote mate af van onder meer de eigen persoonlijkheid, flexibiliteit, leergierigheid, sociale vaardigheden en talenkennis.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
- Multiperspectivisme: onze eigenheid schuilt in het aanbod van diverse artistieke disciplines (beeldende kunsten, architectuur, muziek, podium- en mediakunsten) in één opleiding Kunstwetenschappen. De verschillende kunstvormen worden behandeld vanuit een veelheid aan invalshoeken en wetenschappelijke benaderingen, steeds met het (audio)visuele en performatieve als verbindende factor. De crossdisciplinariteit tussen de diverse disciplines wordt gestimuleerd, o.a. door de studenten ook vakken uit de andere major(s) te laten opnemen.
- Samenwerking met het werkveld: onze docenten hebben nauwe banden met het werkveld (o.a. musea, erfgoedsector, kunstencentra, concertgebouwen, muziekwereld ...). Hun regelmatige contact met de stakeholders veruitwendigt zich ook in hun onderwijs, niet alleen in de vakinhoud maar o.a. ook via gastcolleges, excursies, opdrachten en oefeningen, verwijzingen naar tentoonstellingen, publicaties enz.
- Heldere programmaopbouw: het nieuwe programma dat ingaat vanaf 18-19 is helder gestructureerd, met een stapsgewijze opbouw van kennis (breed, specifiek en theoretisch), inzicht en vaardigheden (onderzoek en praktijk). Na een algemeen inleidend eerste jaar met heel wat faculteitsbrede vakken, kies je vanaf het tweede bachelorjaar voor één van de drie majors waarin je je verder wil verdiepen. Daarnaast volg je gemeenschappelijke vakken en kies je ook enkele vakken uit de andere majors. In de master specialiseer je je verder in de gekozen major en krijgt onderzoek een belangrijke plaats.
- lntegratie theorie en praktijk: hoorcolleges worden aangevuld met meer praktische kennis en hands-onervaring, o.a. via de stage, de buitenlandse excursie, werkcolleges en practica, de onderzoeksseminaries, de Jokerweek i.s.m. de opleiding architectuur, en de toekomstige werking rond het Vandenhovepaviljoen. In zulke formats scherpen wij de kritische zin van onze studenten aan, leren we hen probleemoplossend en creatief denken en werken, en leiden we hen op tot kritische professionals die in teamverband kunnen werken.
- Onderwijs gebaseerd op onderzoek: onze docenten zijn internationaal en nationaal actief in onderzoek, en vertalen dat naar hun onderwijs. Zij koppelen regelmatig terug naar actueel internationaal en nationaal onderzoek over de gedoceerde materie, en naarmate de opleiding vordert is ook het eigen onderzoek van de docenten meer voelbaar in de keuze van behandelde onderwerpen, invalshoeken en opdrachten. Daarbij gaat ook aandacht uit naar de toepasbaarheid en maatschappelijke component van dat onderzoek.
Sterke punten
- Gemotiveerd lesgeversteam: de opleiding wordt gedragen door geëngageerde lesgevers uit diverse disciplines. Onze lesgevers combineren hun onderzoeksexpertise met een passie voor onderwijs en een gedrevenheid om zich te blijven inzetten voor de kwaliteit van hun lessen, waarbij zij hoorcolleges afwisselen met andere werkvormen.
- Keuzemogelijkheden binnen opleiding: als student krijg je vanaf het tweede bachelorjaar een zekere keuzevrijheid in het samenstellen van je curriculum naargelang je eigen interesses: je kan kiezen tussen 3 majors en 5 minors, en vanaf het derde bachelorjaar is er ook ruimte voor keuzevakken. Zo is het mogelijk een eigen parcours uit te stippelen, waarbij je ervoor kan kiezen om je te specialiseren in een bepaalde richting, of om juist meerdere richtingen open te houden.
- Aanspreekbaarheid: Tijdens de colleges staan wij open voor vragen en debat, en dat wordt ook actief gestimuleerd naarmate de opleiding vordert, o.a. via interactieve werkvormen, mondelinge presentaties en examens.
- Toetsing: hoewel de groepen vrij groot zijn, hechten wij er belang aan om studenten op diverse manieren te toetsen tijdens de opleiding. Een brede waaier aan toetsvormen wordt gehanteerd, met een evolutie van overwegend schriftelijke examens (multiple choice, essay- en beeldvragen) naar mondelinge examens, papers, seminaries o.b.v. leesopdrachten, groepswerk en individuele werkstukken.
- Ruimte voor praktijkervaring: tijdens de opleiding kunnen studenten ook praktijkervaring opdoen, wat hen beter voorbereidt op de arbeidsmarkt. De stage vormt daarin een belangrijk onderdeel. Daarnaast dragen ook de buitenlandse excursie, de Jokerweek en de masterseminaries bij tot een eerste praktijkervaring.
Werkpunten
- Feedback: de studenten geven terecht aan dat ze soms te weinig feedback krijgen op hun werkstukken, of niet altijd op de hoogte zijn waar en wanneer er feedback te krijgen valt. Er wordt werk gemaakt binnen de opleiding om dit punt structureel aan te pakken, en beter te communiceren over voorziene feedback-momenten.
- Maatschappelijke ondernemingszin: we willen als opleiding nog meer de ondernemingszin van onze studenten aanwakkeren en we trachten dit in verschillende opleidingsonderdelen en ook in extracurriculaire activiteiten een centrale plaats te geven. Uit feedback van onze stagebegeleiders hebben we geleerd dat initiatief durven nemen, actief en creatief zijn, zelfstandig en hands-on kunnen werken, … belangrijke troeven voor het werkveld zijn.
- Strakkere opvolging van het masterproefproces: we stellen vast dat studenten nog te vaak hun masterproef uitstellen naar tweede zit of soms zelfs een extra (half) jaar nodig hebben. Dit is een werkpunt waar we samen met de studenten mee aan de slag gaan.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2022. De kwaliteit van deze opleiding werd gevalideerd door een kwaliteitstoets in de vorm van een screening door het Onderwijskwaliteitsbureau. Het borgingsbesluit vindt u hier.
Deze informatie werd laatst bijgewerkt op 01/02/2023.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.