Master of Science in de tandheelkunde
In de masteropleiding ligt de nadruk op de verdere verbreding, verdieping en klinische toepassing van specifieke tandheelkundige disciplines. Er is voortdurend aandacht voor de maatschappelijke context waarin een tandarts zal werken en de medische kennis wordt verder uitgebreid. Nadien kunnen nog verdere specialisaties gevolgd worden.
Inhoud
De masteropleiding staat voor een verdere verbreding, verdieping en klinische toepassing van specifieke tandheelkundige disciplines. Daarnaast komen ook een aantal deelgebieden aan bod zoals kaakgewrichtspathologie, implantologie en traumatologie. Tijdens de masteropleiding is er verder aandacht voor de mondgezondheid binnen de maatschappelijke context. De opleiding is sterk wetenschappelijk onderbouwd, een masterproef rond een origineel wetenschappelijk onderwerp maakt dan ook deel uit van het programma. Naarmate de opleiding vordert, gaat meer en meer aandacht naar het uitbreiden van de medische kennis van de studenten met o.a. inwendige geneeskunde voor tandartsen en aspecten van dermatologie, plastische heelkunde en neus-, keel- en oorziekten. Deze theoretische basis bereidt de studenten optimaal voor op het praktisch toepassen ervan binnen een ander belangrijk onderdeel van de opleiding nl. de stage in de kliniek van het UZ Gent en een aantal externe stageplaatsen. Tijdens het 2e jaar wordt de student verder voorbereidt op het beroep van tandarts door vakken zoals digitalisering en management, evenals keuzevakken binnen de verschillende disciplines.
Voor wie
De toelatingsvoorwaarden zijn divers. Afhankelijk van je vooropleiding kun je rechtstreeks instromen of zijn er bijkomende voorwaarden.
Structuur
> Master in de tandheelkunde
De opleiding tot tandarts duurt vijf jaar en is ingedeeld in twee cycli: drie bachelorjaren en twee masterjaren. In de opleiding tandheelkunde bestaat een studiejaar uit geïntegreerde blokken en lijnen (meer informatie over de opbouw van de opleiding is te vinden in de bachelorbrochure).
In de twee masterjaren wordt de theoretische kennis verder uitgediept om tijdens de stage toe te passen in de praktijk op verschillende patiëntenpopulaties. De masterproef is het sluitstuk van de wetenschappelijke leerlijn die vanaf de bachelorjaren gradueel is opgebouwd. Na het behalen van het masterdiploma moet nog een postgraduaatsopleiding Algemeen Tandarts van 1 jaar (inclusief stage) worden gevolgd om als zelfstandig tandarts aan de slag te kunnen.
Daarnaast zijn er tal van specialisaties mogelijk.
> postgraduaatsopleiding/stagejaar
Om de beroepstitel van 'algemeen tandarts' te behalen, volg je na de basisopleiding een postgraduaatsopleidingin de vorm van een stagejaar. Die titel geeft jou het recht als zelfstandig tandarts aan de slag te gaan. De opleiding duurt twaalf maanden en wordt georganiseerd door de universiteit in samenwerking met KU Leuven. De focus van de opleiding ligt op de autonome beroepsuitoefening, vandaar 'stagejaar'. De federale overheid voorziet een maandelijkse vergoeding.
> specialisaties
Een deel van de afgestudeerde tandartsen duikt niet onmiddellijk de algemene praktijk in maar specialiseert zich aan de universiteit in een bepaalde discipline. De specialisaties worden in een volledig Nederlandstalig traject aangeboden. Het gaat om de volgende specialisaties: endodontologie, kindertandheelkunde en de bijzondere tandheelkunde, orthodontie en parodontologie.
Arbeidsmarkt
Het tekort aan tandartsen is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Tandartsen komen meestal terecht in een individuele tandartspraktijk of groepspraktijk., Sommigen zijn werkzaam in poliklinieken of in ziekenhuizen. Daarnaast zijn er ook job mogelijkheden bij medische en farmaceutische bedrijven, de opleidingen tandheelkunde, tandverzorgingsdiensten in medische, psychiatrische en geriatrische instellingen. Ook de uitbouw van diensten voor tandheelkundige noodgevallen, forensische of gerechtelijke tandheelkunde en de verdere digitalisering voor tandartsen bieden interessante mogelijkheden.
Kwaliteitszorg
Mensen die durven denken over de uitdagingen van morgen, daar streven we naar. Daarom is het onderwijs aan onze universiteit stevig verankerd in zes grote onderwijsdoelstellingen: denk breed, blijf onderzoeken, steun talent, bouw mee, verleg grenzen en kies kwaliteit.
De UGent heeft continu aandacht voor kwaliteitszorg en kwaliteitscultuur. Het UGent-kwaliteitszorgsysteem geeft voor elke opleiding informatie over de troeven van de opleiding, de sterke punten én de werkpunten.
Meer info:
Troeven
- Klinisch onderwijs: Studenten worden al vroeg in de opleiding betrokken in de kliniek. Eerst gaan ze op observatiestage en vanaf 3e bachelor voeren ze zelf ook behandelingen uit bij patiënten. Zo hebben studenten al heel wat klinische basisvaardigheden in de vingers en hebben ze al kennis gemaakt met de klinische setting om goed voorbereid de eigenlijke stage in de masterjaren te beginnen.
- Doordachte programmaopbouw: Het opleidingsprogramma is logisch geclusterd rond een aantal specifieke rollen (wetenschapper, expert in mondgezondheidszorg, professional, communicator) die een tandarts moet kunnen vervullen in het werkveld. Deze rollen bieden, zowel voor lesgevers als voor studenten, een houvast om opleidingsonderdelen te situeren in het bredere geheel van de opleiding. Dit komt ook een optimale afstemming tussen de opleidingsonderdelen ten goede.
- Multiperspectivisme:De opleiding biedt een brede multiperspectivistische kijk op tandheelkunde. Dit betekent enerzijds dat het opleidingsprogramma verschillende tandheelkundige disciplines integreert (studenten lopen bijvoorbeeld zowel bij orthodontie als bij prothetiek stage). Anderzijds leren de studenten ook samenwerken in multidisciplinaire teams met andere zorgverstrekkers (vb bachelor in de mondzorg) en hebben ze inbreng bij elkaars patiëntencasussen.
- Maatschappelijke betrokkenheid:Studenten maken tijdens de opleiding kennis met specifieke doelgroepen, zoals kwetsbare ouderen, kinderen of mensen met een beperking. Daarbij wordt aandacht besteed aan de belangrijke maatschappelijke rol van de tandarts en leren studenten ook omgaan met de specifieke zorgvraag van patiënten binnen een welbepaalde maatschappelijke context.
- Sterke koppeling theoretisch en praktijkonderwijs: De opleiding maakt expliciet de koppeling tussen theorie en praktijk: wat studenten leren tijdens theorielessen leren ze ook uitvoeren in de praktijk. Dit wordt door de studenten als een belangrijke troef van de opleiding ervaren. Daarbij oefenen ze eerst op fantoomkoppen in de veilige setting van de prekliniek. Wanneer studenten voldoende handvaardigheid ontwikkeld hebben, krijgen ze in de kliniek de kans om onder begeleiding hun vaardigheden en attitudes verder te ontwikkelen op de patiënten.
Sterke punten
- Studentenparticipatie: De studenten zijn nauw betrokken bij de opleiding, mede dankzij de studentenraad StuDent en studentenvereniging Dentalia die vertegenwoordigers afvaardigen naar de verschillende raden en commissies binnen de opleiding. Dit staat de opleiding toe om op regelmatige basis met studenten in overleg te gaan en voeling te houden met wat leeft in de studentengroep en bijsturingen te doen waar het aangewezen is.
- Nauwe samenwerking met het werkveld:: Door de sterke beroepsgerichtheid van de opleiding tandheelkunde en de inbedding van de opleiding op de campus van het UZGent is er een nauwe samenwerking met het werkveld. Dit uit zich in verschillende vormen: studenten lopen stage in de kliniek, legevers zijn dagelijks bezig met de tandheelkundige praktijk. De insteek van het werkveld wordt ook gebruikt bij programmahervormingen en binnen commissies, de masterproefonderwerpen sluiten nauw aan bij recente ontwikkelingen in het werkveld enz. . De drempel naar de vervolgopleidingen algemeen tandarts of specialistische tandheelkunde - die beide sterk beroepsgericht zijn - wordt hierdoor sterk verlaagd.
- Moderne invalshoek: De opleiding biedt studenten steevast up-to-date en evidence based onderwijs aan. In het programma ligt de nadruk op de digitaliseringstrend (bv. beeldvorming, 3D-printing en nieuwe softwareprogramma’s) en er werden tevens nieuwe vakken toegevoegd om tegemoet te komen aan de gewijzigde maatschappelijke context en patiëntenpopulatie en het latere beroepsveld. Studenten leren werken met de nieuwste tandheelkundige technieken waarvoor o.a. werd geïnvesteerd in de bouw van een nieuwe prekliniek.
- Onderzoeksgebaseerd onderwijs:Het onderwijs wordt verzorgd door lesgevers die zeer actief zijn in wetenschappelijk en klinisch gericht onderzoek. Studenten worden doorheen de hele opleiding geconfronteerd met recente onderzoeksresultaten waardoor hun wetenschappelijke inzicht wordt versterkt. De masterproef, waarbij de focus zoveel mogelijk op experimenteel en/of methodologisch goed uitgevoerd literatuuronderzoek ligt, is hiervan een belangrijk sluitstuk.
- Aandacht voor de externe, internationale blik: De opleiding betrekt een brede groep mensen bij het vormgeven en organiseren van het opleidingsprogramma. Niet alleen lesgevers en studenten maar ook een brede groep externen uit binnen- en buitenland. Door de vele internationale contacten van de lesgevers wordt ook bewaakt dat het programma aan internationale criteria voldoet Door deze contacten ook in te zetten in het onderwijs worden aan de studenten ook internationale en interculturele inzichten op de tandheelkunde geboden.
Werkpunten
- Feedback:: In evaluaties geven studenten nog vaak aan dat ze te weinig systematische en kwaliteitsvolle feedback krijgen tijdens het studietraject. Vooral bij het praktijkonderwijs missen ze nog tussentijdse terugkoppeling en bijsturing van de begeleidende lesgevers. De opleiding wil inzetten op een systematisch en geautomatiseerd feedbacksysteem waarbij studenten tijdens het preklinisch en klinisch onderwijs zeer regelmatig geëvalueerd worden door de lesgever en een zicht krijgen op hun sterke- en werkpunten. De opleiding is momenteel nog in de fase van het testen van systemen. Het afgelopen jaar werd ingezet op nieuwe scoreformulieren met objectieve criteria die deze feedbackcultuur stimuleren.
- Praktijkvaardigheden:De opleiding heeft sterke logistieke investeringen gedaan in de prekliniek en de kliniek om het vaardigheidsonderwijs voor studenten in de meest optimale en modernste omstandigheden te laten plaatsvinden. Door de stijgende studentenaantallen, organisatorische en personeelsmatige belemmeringen verloopt dit echter nog niet altijd even optimaal. Er is reeds veel geïnvesteerd in het plannen van een gevarieerd en uitgebreid patiëntenaanbod, maar de komende jaren wil de opleiding verder inzetten op een gestroomlijndeorganisatie en begeleiding in de kliniek, en een betere communicatie.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de NVAO, de accreditatie werd verlengd onder het positief besluit instellingsreview in 2017. De kwaliteit van deze opleiding werd gevalideerd door een kwaliteitstoets in de vorm van een peerleerbezoek in 2018. Screening van de monitor door het Onderwijskwaliteitsbureau van de Universiteit Gent staat gepland in de periode 2021 – 2024.
Deze informatie werd laatst bijgewerkt op 01/02/2023.
Heb je vragen of suggesties over deze publieke info, neem dan contact op met de opleiding.